Kletsmajoren: De Kleine Kleyn

Na De Grote Kleyn (zie hier; het boek wedijvert met De Dikke van Damp over in welk boek méér culinaire lulkoek staat) hebben we nu ook De Kleine Kleyn, dochter van. Ik schreef al over haar onnozele werkje Trek; onder Kookboeken vindt u op deze site een bespreking.

Eerder verscheen van deze "culinair historica" (waar kan je die flauwekul studeren?) én haar vader samen Luilekkerland, ondertitel "400 jaar koken in Nederland". Ik schreef daar ook eerder over in Kookenz. "280 pagina's gelul. Ik las er 85 en hield er toen maar mee op, met een jeukende hoofdhuid, vlekken in het aangezicht en een beslagen tong. Het begint met een vermelding van Johannes van Damp en Joop Witteveen (Joop Winterpeen), de twee grootste culinaire overpenners van Nederland."

"Het sap van onrijpe druiven is slechts met moeite te krijgen". Brilletje kopen en bij de eerste de beste Turkse winkel gaan kijken. "Unreifer Traubensaft", merk 1&1. "Het zal moeite kosten om aan gort te komen". Elke zichzelf respecterende supermarkt verkoopt parelgort ja, om van de Italiaanse winkels niet te spreken. Dat we in de 60er jaren borrelhapjes maakten van ananas, gember en meloen. Ananas, kaas, gember en knakworst, ja. Gekke Gerritjes. "Truffes (zijnde een slag van kleine Aard-appels)" zijn geen topinamboer, maar gewoon kleine aardappels. "Quenelles zijn zwaar op de maag." Als je niet kan koken wel ja. En de onnozele Hansjes hebben nog nooit van crosnes gehoord...

"Hoe je venkel moet koken". Lees: hoe je venkel níet moet koken. "De kleurstof kermes wordt gemaakt van schildluizen" en "karmijn wordt gewonnen uit cochenilles". Dat is hetzelfde ja! Dat dat groene gebak bij Turken met pistache groen gekleurd wordt. Kleurstof zal je bedoelen. "Entremets dat kon zowel groente als iets anders zijn". Schrijf gewoon dat je het niet weet, ja. "aardappelpudding, een soort polenta".

"Na de Tweede Wereldoorlog wordt het helemaal wild", over een salade van aardappel, augurk, ui, appel, eieren, sla en worst, met mayo. Wat is daar wild aan? Dat kwam uit Wat Zullen We Morgen Eten, een boekje waarover denigrerend gedaan wordt, omdat je elke week een blaadje ervan voor een verzamelbandje bij de slager kon halen. Wat is daar mis mee, omhooggevallen culinaire blaaskaken? En er staan bijzonder aardige recepten in dat boekje, zoals het uithollen van een beschuitbol, die in de oven bruinen, en dan vullen met ragoût, heel mooi. En lacherig doen over het feit dat een gerecht "een feestelijke schotel voor de zondagse koffietafel" heet. Wat is daar mis mee, omhooggevallen culinaire ijdeltuiten?

"Knakworst à la Créole, Knakworst met rijst". Nu houden ze het bij citeren zonder meer, want ja, ik heb Suffe Kleyn daarover drie jaar geleden een lesje geleerd. Toen schreef hij over dit recept "Waar de aanduiding 'Créole' op slaat kan ik niet verklaren. Er zit helemaal geen pittigheid in, dat slaat nergens op. Geen Creool zal hierin iets herkennen. Ik denk dat het gewoon een fantasienaam is. Het moest op een of andere manier exotisch klinken." Dikke culinaire boeken schrijven, pagina lange culinaire artikelen in de krant, maar niet weten wat à la Créole (ook wel à l'indienne) betekent, dat is culinair Nederland, verdomd! De Engelse Larousse Gastronomique: "À la Créole is a term applying to various preparations which contain as a rule a rice garnish".
(Heel simpel: als je niet weet wat à la créole betekent dan heb je dus nog nooit een klassiek Frans kookboek gelezen, want daarin struikel je erover.)

Tegenwoordig schrijft Kleine Kleyn wekelijks een kletsverhaal in Trouw. "Culinair historica Charlotte Kleyn onderzoekt de verhalen achter ons eten". Volgt "Braziliaanse maiscake". Hoezo "ons eten" met die Braziliaanse cake? Uitleg: "Jaren geleden proefde ik maishapjes op een Braziliaans feest in Amsterdam-West." A zo... "ons eten"...

Ze heeft Portugese les van een Braziliaanse (nooit gehoord van het verschil tussen Portugees en Braziliaans-Portugees, twee totaal verschillende colleges op de universiteit), want dat is "de taal van mijn lief". Maar goed, daarom gaat ze recepten van die maiscake in het Portugees opzoeken op internet, Bolo de milha. Blijkbaar schiet het nog niet echt op met die cursus want het recept wat ze publiceert is grote klets. "Isabela kan trots op me zijn", zeker, zeker. Niks kokosmelk maar gewone melk hoort erin. En Bolo zonder ei erin, cake zonder ei erin of een andere belletjes-maker... Je houdt het allemaal niet voor mogelijk. Nul culinair verstand maar wel een scheur mogen opentrekken in de krant. Gelukkig maar dat het gros van de Nederlanders even veel van koken weet als een veenlijk.

En als je verstand van zaken hebt dan weet je dat Paçoca geen "snoepje" is, en dan vermeld je dat Pamonha hetzelfde is als die Mexicaanse Tamales. Maar ja, dat leer je blijkbaar niet als "culinair historica". Zelfde klets ook als d'r vader over doperwten in de peul kopen.

Een week later een recept van Vacherin. Pretendeert het klassieke recept te zijn.
Vanille-ijs: niks vanille-ijs. Frambozen: niks frambozen. Twee keer poedersuiker: niks twee keer poedersuiker.
Vacherin à la gelul.

De week erna "Zonnige tomatentaart voor een zwoele avond".
"...een rol kant en klare hartige taartbodem uit Frankrijk - zo handig; wanneer wordt dat nou algemeen verkrijgbaar in Nederland?" Ik zou zeggen ga eens naar de super, welke dan ook, en kijk eens bij de producten van Tante Fanny. Wel eerst een brilletje kopen bij Kruidvat.
"Omdat ze in de oven gaan worden tomaten onweerstaanbaar zoet en smaakvol." Als je heel mooie tomaten koopt (en dus niet zoals bij de ingrediënten staat "tomaten"), en je laat ze lang en langzaam garen, dan wel ja.
Je kan een klein taartje maken, "perfect voor een intieme picknick voor twee" (begint u ook al braakneigingen te krijgen?), maar "als je het hele ovenplateau vol maakt [slecht Nederlands] dan hebt [sic] je een grote taart." Goh!
En dan de vulling op dat rauwe bladerdeeg scheppen zonder dat eerst eventjes in de oven gehad te hebben.
En dan dat popi "500 gram tomaten (neem eventueel verschillende formaten en kleuren)".

Over smaak gaat het nooit...

Een stapel lamspoten bij een Franse slager.