Handboek Rond de Franse Keuken:
Griesmeelpuding

Franse griesmeelpudding nu, en dat heet Semoule au lait, griesmeel in melk.

Flamri eerst maar. 200 g amandelen niet te grof hakken. 1 l volle melk aan de kook met die amandelen en ietsje zout, 75 g kristalsuiker en 5 g echte vanillesuiker. Als het kookt roerend 100 g griesmeel erin. Drie minuten op laag vuur blijven roeren. Een kom uitspoelen, spul erin storten, vershoudfolie erover, koelen, storten.
Hoort met Crème patissière (beter Crème anglaise zou ik zeggen) maar ik maakte er klassieke Nederlandse bessensaus bij: 250 ml bessensap met 60 g suiker aan de kook. Binden met 10 g maizena in 15 ml water geroerd.

Het recept voor Flamri vind je overal, het nu volgende recept zag ik enkel in Les Recettes de Marie-Louise Cordillot. Griesmeelpuddinkjes met schilletjes, Petits puddings de semoule à l'orange. Schilletjes in kleine stukjes knippen en verder als hierboven maar dan met die schilletjes erdoor. En Cordillot maakt dus kleine puddinkjes. Ze maakt eenzelfde pudding met in rum geweekte rozijnen, gele of bruine en eventueel zelfs krenten, en daar serveert ze -inderdaad- Crème anglaise bij.

Cordillot geeft een tweede recept, griesmeelpudding met kersen in siroop, Pudding de semoule aux cerises fraîches au sirop. Ontpit een pond kersen op 60 g griesmeel en laat ze een kwartier sudderen in een suikerstroop van 100 g suiker op 150 ml water. Een deel van de kersen gaat door de pudding, een deel wordt decoratie.

Klassiek Frans is ook de combinatie van griesmeelpudding met verse vijgen. Oftewel die vijgen worden gestoomd en gepureerd, en met het vocht wat ze produceren door de pudding geroerd. Oftewel er gaat ook ei door de pudding, storten in een ovenschaal, halve vijgen erin drukken (snijkant boven), en de oven in.

Nóg een klassieker trouwens: griesmeelpudding afwerken zoals Crème brûlée.

(Als ik aan griesmeelpudding denk, dan denk ik altijd aan twee dingen.
1. Hoe Johannes van Damp "het zo goed kon maken", maar dat later bleek dat het door een restaurant geleverd werd. Net als "zijn fameuze" kroketten en "zijn" erwtensoep. Niemand viel het ooit op als hij wat serveerde, dat het altijd spul was wat "al klaar" was, en niemand heeft hem ooit zien koken.
2. Hoe na de dood van deze culinaire windbuil dat mens van de Kookboekhandel op TV zowel die erwtensoep ging maken als die kroketten én die pudding. En dat het alle drie mislukte. De soep smaakte vies, de kroketten vielen uit elkaar, en de pudding was drab.)